top of page

Gemeentelijke begraafplaats en rouwcentrum en Vpb: kennisgroep-standpunt

  • mr3725
  • 19 feb
  • 3 minuten om te lezen

De kennisgroep heeft een standpunt ingenomen over de toepassing van de overheidstakenvrij-stelling in de vennootschapsbelasting (Vpb) op gemeentelijke activiteiten rondom een begraafplaats en een rouwcentrum. Een gemeente heeft verzocht om duidelijkheid over de fiscale behandeling van verschillende activiteiten die zij verricht op en rondom een gemeentelijke begraafplaats. Het gaat hierbij om:


  • Het gelegenheid geven tot begraven op de gemeentelijke begraafplaats.

  • Overige werkzaamheden en dienstverlening op de begraafplaats.

  • Het aanbieden van diensten in een naastgelegen rouwcentrum.


Voorwaarden voor de overheidstakenvrijstelling Vpb


De overheidstakenvrijstelling is vastgelegd in artikel 8e, eerste lid, onderdeel b, van de Wet op de Vpb 1969. Om in aanmerking te komen voor deze vrijstelling moeten twee cumulatieve voorwaarden worden vervuld:


  • Uitvoering van een overheidstaak of publiekrechtelijke bevoegdheid: De activiteit moet rechtstreeks voortvloeien uit een wettelijk vastgelegde taak. Voor gemeenten betekent dit bijvoorbeeld dat zij volgens de Wet op de Lijkbezorging (arti-kelen 27, 33 en 35) verplicht zijn om te voorzien in een begraafplaats en het verlenen van grafrechten.

  • Geen feitelijke concurrentie met private ondernemingen: De activiteit mag niet in concurrentie treden met commerciële partijen die vergelijkbare diensten aanbieden. Dit is van belang om een gelijk speelveld te waarborgen tussen overheidstaken en private ondernemingen.


Op basis van een gemeentelijke verordening worden door de gemeente grafrechten (al dan niet tegen betaling) uitgegeven. Deze grafrechten kunnen zijn opgebouwd uit verschillende elementen, waaronder:


  • Het verlenen van het recht tot begraven of herbegraven.

  • Administratieve handelingen zoals het inschrijven en overboeken van graven.

  • Het onderhoud en de verzorging van graven en grafmonumenten.

  • De plaatsing van urnen of het verstrooien van as.

Voor de toepassing van de overheidstakenvrijstelling kan het nodig zijn de dienstverlening op te splitsen, zodat duidelijk wordt welke onderdelen wel als onderdeel van de wettelijke overheidstaak worden gezien en welke niet.


Beoordeling van de gemeentelijke activiteiten

De kennisgroep heeft de drie activiteiten als volgt beoordeeld:

  1. Gelegenheid geven tot begraven op de gemeentelijke begraafplaats: Deze activiteit valt in principe onder een wettelijke overheidstaak, aangezien gemeenten verplicht zijn te zorgen voor een begraafplaats en het uitgeven van grafrechten. De toepassing van de vrijstelling is echter afhankelijk van de vraag of de gemeente met deze activiteit feitelijk in concurrentie treedt met private partijen. Dit wordt per geval door de bevoegde inspecteur beoordeeld.

  2. Overige werkzaamheden en dienstverlening op de begraafplaats: Diensten zoals het onderhoud van graven, de plaatsing van urnen of de verzorging van grafmonumenten vloeien niet direct voort uit de wettelijke verplichtingen. Hierdoor vallen deze activiteiten buiten de overheidstakenvrijstelling, zeker als ook private ondernemingen dergelijke diensten aanbieden.

  3. Exploitatie van een rouwcentrum: Het aanbieden van diensten in een rouwcentrum is niet gebaseerd op een wettelijke verplichting voor de gemeente. Dit maakt duidelijk dat deze activiteit buiten de overheidstakenvrijstelling valt.


Conclusie

De kennisgroep concludeert dat het gelegenheid geven tot begraven onder de overheidstaken-vrijstelling kan vallen, mits er geen sprake is van feitelijke concurrentie met private ondernemingen. De toelichting vanuit de parlementaire geschiedenis en de uitspraken van de Hoge Raad benadrukken dat er bij de beoordeling zorgvuldig moet worden gekeken naar het gebruik van overheidsprerogatieven en de mogelijke splitsing van de dienstverlening, gezien grafrechten uit meerdere elementen kunnen bestaan. Andere activiteiten, zoals aanvullende dienstverlening op de begraafplaats en de exploitatie van een rouwcentrum, vallen buiten de vrijstelling en worden als reguliere ondernemingsactiviteiten beschouwd.

Gemeenten en andere overheidsinstanties wordt aangeraden per activiteit zorgvuldig na te gaan of de voorwaarden voor de overheidstakenvrijstelling van toepassing zijn, waarbij de specifieke feiten en omstandigheden per geval leidend zijn.

Meer weten? Neem hiervoor contact op met Jeroen Klerkx (jk@lexfiscalisten.nl).


Recente blogposts

Alles weergeven

Comments


bottom of page