Stichting Keurmerk Fysiotherapie (toch) Vpb-plichtig
- mr3725
- 12 feb
- 2 minuten om te lezen
De Stichting Keurmerk Fysiotherapie, die verantwoordelijk is voor het beheren van een kwaliteitsregister en keurmerk voor fysiotherapeuten en fysiotherapiepraktijken, is belastingplichtig voor de vennootschapsbelasting. Dit volgt uit een uitspraak van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden na een geschil met de Belastingdienst over de aanslag vennootschapsbelasting voor het jaar 2018.
De rechtbank Gelderland oordeelde dat de stichting niet deelnam aan het economische verkeer en dus geen onderneming dreef. Het oordeel was gebaseerd op de constatering dat de stichting alleen activiteiten uitvoerde binnen een besloten kring, waarin toetreding aan specifieke voorwaarden gebonden was. Dit betekende volgens de rechtbank dat de stichting geen economische activiteiten verrichtte die haar belastingplichtig zouden maken.
Gerechtshof: stichting drijft onderneming
Het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden kwam echter tot een andere conclusie. Het hof oordeelde dat de stichting, ondanks de beperkte toegang tot haar deelnemersbestand, wel degelijk deelneemt aan het economische verkeer en dus belastingplichtig is voor de vennootschapsbelasting. Het deelnemersbestand van de stichting groeit jaarlijks immers met honderden praktijken, en het potentiële deelnemersbestand is veel groter.
Volgens het hof is het feit dat de stichting een keurmerk biedt aan fysiotherapiepraktijken, waardoor deze praktijken bij zorgverzekeraars hogere vergoedingen kunnen declareren, voldoende bewijs dat de stichting economische activiteiten verricht. Ook het feit dat de stichting voor haar keurmerk en aanvullende diensten zoals intervisie, coaching en scholing een vergoeding vraagt, bevestigt dat de stichting niet buiten het economische verkeer valt, zoals de rechtbank had gesteld.
Winstoogmerk en intermediaire rol
Daarnaast wees het hof op de exploitatieoverschotten die de stichting in de afgelopen jaren had behaald, wat wijst op een winstoogmerk. Ook vervult de stichting een intermediaire rol in het declaratieverkeer tussen de deelnemende praktijken en zorgverzekeraars. Deelnemende praktijken betalen jaarlijks een bijdrage voor het verkrijgen en mogen voeren van het keurmerk, wat de economische aard van de stichting bevestigt. Bovendien speelt de stichting een rol in het aanleveren en verwerken van zorgdata en het ontwikkelen van cursussen, wat ook activiteiten betreft die zich in het economische verkeer afspelen.
Conclusie gerechtshof
Het hof concludeerde dat de stichting, ondanks haar beperkte deelnemerskring, deelneemt aan het economische verkeer, een winstoogmerk heeft en haar activiteiten tegen betaling aanbiedt. De stichting is aldus belastingplichtig voor de vennootschapsbelasting en moet daarom de opgelegde aanslag voldoen.
Meer weten? Neem hiervoor contact op met Jeroen Klerkx (jk@lexfiscalisten.nl).
Comentarios